Wat is een mindmap?
Mindmappen is een techniek die een beroep doet op de vele mogelijkheden van onze hersenen. Het is een eenvoudige manier om informatie op te roepen en op te slaan in onze hersenen. Het is een effectieve en leuke manier om leerprocessen te verbeteren, om aantekeningen te maken, om informatie te structureren en om op nieuwe ideeën komen.
Een mindmap bestaat uit een combinatie van woorden, kleuren, lijnen en afbeeldingen (foto’s, tekeningen, pictogrammen, e.d.). Een mindmap is een soort kaart buiten je hoofd over wat er gaande is in je hoofd!
Ze kunnen ons erg helpen:
- om niet alleen details maar tegelijkertijd ook het totaalbeeld te zien ( je creëert overzicht)
- om een grote hoeveelheid informatie op een overzichtelijke manier weer te geven, erover te praten en te onthouden
- om creatief te denken over problemen en oplossingen
- om onze tijd efficiënt te benutten
- om ons beter te concentreren op de inhoud
- om ons denken te structureren
- om meer plezier en betrokkenheid bij leren te hebben
Mindmaps worden gebruikt:
- bij het plannen van projecten en bijeenkomsten, het organiseren van activiteiten, analyseren van een probleem, maken van een overzicht van werkzaamheden, e.d
- bij het leren in de klas: beter onthouden, oproepen uit het geheugen, communiceren, samenwerken, aantekeningen maken, voorbereiden van brieven, werkstukken, verhalen, presentaties, spreekbeurten, verbeteren van betrokkenheid en concentratie
- als evaluatie en als toets: na een serie lessen over technisch tekenen krijgen de leerlingen als toets-opdracht het maken van een mindmap over technisch tekenen, waarin ze het geleerde verwerken.
- in het team: denk aan mindmaps met als thema b.v. onze visie, goed onderwijs in deze tijd, een goede leerkracht, ouderbetrokkenheid, een project, ons nieuwe schoolplein, onze communicatie, enzovoort. De mogelijkheden zijn onbeperkt!
Kortom: een mindmap is een prachtig hulpmiddel bij het leren!
De werking van mindmaps
De belangrijkste reden dat mindmaps in het algemeen erg effectief zijn, is dat ze nauw aansluiten bij de manier waarop onze hersenen werken. We weten daar de laatste jaren steeds meer over. Eén van de dingen die hersenonderzoek heeft opgeleverd is het feit, dat onze hersenen bij het leren niet werken met “lijstjes”, maar in de vorm van spinnen: samenhangen in de grote hoeveelheid informatie die ze te verwerken krijgen. In feite doet een mind map niets anders.
Bovendien bestaan de hersenen uit twee helften, elk met zijn eigen functies:
linkerhelft | rechterhelft |
- woorden - logisch denken - getallen - volgorde - lineair denken - analyse - lijstjes | - ritme - bewustzijn - verbeelding - fantasie - kleuren - dimensies - relaties |
In het onderwijs doen we vooral een beroep op de linkerhelft. Dat komt onder meer, doordat we gewend zijn:
- om gebruik te maken van papier en een schoolbord met lijnen;
- te werken met lijstjes;
- vooral te werken met woorden;
- getallen te gebruiken om ordening aan te brengen.
Deze aanpak houdt in dat we meestal slechts één hersenhelft benutten. Bij het werken met mindmaps worden beide hersenhelften aangesproken en met elkaar verbonden.
Werking van de hersenen
Onze hersenen maken gebruik van afbeeldingen en kleuren. Als iemand bijvoorbeeld zegt: “Jouw huis”, wat verschijnt dan in je hoofd? Zien we een computerprint van het woord “huis” op een papier of zien we een “plaatje” van ons huis? De stenen, de deuren en ramen, het dak, de tuin, de kleuren en de vormen?
We weten dat onze hersenen denken en onthouden in afbeeldingen. Als we bijvoorbeeld een fotoalbum of een tijdschrift bekijken komen meteen een heleboel herinneringen boven. Als we iets goed willen onthouden, maken onze hersenen er een afbeelding van en vervolgens wordt die opgeslagen.
Hoe maak je een mindmap?
Er zijn allerlei manieren om aan de slag te gaan met mindmaps. Om de échte meerwaarde van mindmaps te kunnen benutten is het werken ermee aan regels gebonden. Daarbij is met name de koppeling van belang tussen:
• woorden
• kleuren
• vormen
• tekeningen en andere illustraties
Vijf stappen
In het algemeen is het handig om de volgende vijf stappen te volgen:
1. Maak gebruik van papier zonder lijnen, stiften van diverse diktes, kleurpotloden, wasco en markeerstiften. Leg het vel papier horizontaal (liggend). Zorg dat er voldoende ruimte is om te tekenen, te plakken en te schrijven.
2. Midden op het papier maken we een tekening of plakken we een afbeelding van het onderwerp waar deze mindmap over gaat. Maak deze tekening door middel van kleur en vorm opvallend, sprekend. Het onderwerp kan van alles zijn:
- de start van een nieuw thema in de klas
- een probleem dat we willen bespreken
- een thema uit een krantenartikel
- een onderwerp van het journaal
- een onderwerp uit een tekst van een methode (begrijpend lezen, kennisgebieden, e.d.)
- over mezelf of over een klasgenoot: mijn hobby’s, wie ik ben, wat ik over iemand weet, wat ik zou willen weten
3. Vanuit de tekening in het midden trekken we enkele gekleurde lijnen naar buiten. Eén lijn loopt naar één belangrijk onderdeel. Het is handig om elke lijn een eigen kleur te geven. De lijnen in de buurt van het centrum maken we dikker dan de verdere vertakkingen. Zorg ervoor dat deze hoofdlijnen ongeveer even lang zijn.
4. Geef elk onderdeel vervolgens een naam. Zet de woorden op de lijn, zodat alle belangrijke woorden in de mind map met een gekleurde lijn onderstreept zijn. Maak er een tekening bij of plak er illustraties bij. Wees creatief, maak er iets bijzonders van.
5. Vanuit de uiteinden van deze lijnen kunnen vervolgens weer nieuwe lijnen worden getrokken. Deze lijnen worden steeds dunner. Vergelijk het met de takken van een boom. Je kunt nu dezelfde werkwijze toepassen als in stap 4: de woorden op de lijn, afbeeldingen op het einde. Naarmate we verder naar buiten werken, worden ook de woorden en de tekeningen kleiner.
Vet Slimme tips:
- woorden kunnen dikker en dunner worden geschreven, afhankelijk van hoe belangrijk je ze vindt: de hoofdbegrippen dikker, de details dunner;
- realiseer je dat de hersenen van elke persoon uniek zijn en dat mindmaps dus altijd individueel zijn. Dit uitgangspunt biedt vele mogelijkheden om met elkaar in gesprek te gaan en om te ontdekken dat er meerdere waarheden zijn!
Bij de lijnen kun je nadenken over vragen als: wat? wie? waar? hoe? wanneer? waarom?
APA verwijzing naar dit artikel:
Wollenberg, B. van den (2016, 19 oktober). Mindmappen [webpagina] Geraadpleegd op xx maand, jaar, van http://science-web.nl/groepswerk/mindmappen